Voor spoed zijn wij 24 uur per dag bereikbaar op 0162 - 748062 | Contact
Voor spoed zijn wij 24 uur
per dag bereikbaar op
0162 - 748062 | Contact
Tetanus wordt veroorzaakt door een bacterie, Clostridium tetani. Deze bacterie dringt het lichaam binnen via wondjes, voornamelijk bij diepe wonden aangezien deze bacterie van een zuurstofloze omgeving houdt. Ook kan hij binnendringen via de navelstreng bij het veulen. De bacterie en sporen van deze bacterie komen overal voor in de grond en in mest.
Eenmaal in het lichaam produceert de bacterie toxines welke voor de uiteindelijke problemen gaan zorgen, deze toxines hechten zich namelijk vast in het zenuwstelsel en zorgen voor blokkade van de afgifte van allerlei stoffen in het zenuwstelsel.
Door aantasting van het zenuwstelsel raken spieren in het lichaam verkracht, dit zorgt voor de volgende verschijnselen:
Het klinische beeld is heel typisch voor de aandoening en daardoor wordt de diagnose vaak gesteld aan de hand van de verschijnselen.
De behandeling van paarden met tetanus bestaat uit het toedienen van tetanusserum. Dit serum bevat antistoffen tegen de toxines die de bacterie vormt, maar alle toxines die al in de zenuwen zijn opgenomen kunnen niet meer worden weggevangen worden door dit serum. Als men vroeg erbij is, lukt het soms wel om de paarden beter te krijgen. Het succes is dus afhankelijk van in welk stadium het probleem herkent en behandeld wordt, maar ook door de snelheid waarmee de verschijnselen ontstaan. Hoe langzamer het verloop, hoe groter de kans op herstel.
Zeker op het moment dat paarden met tetanus te liggen komen, wordt de prognose erg slecht. Deze dieren worden ingeslapen, bij verdere verslechtering kunnen ze stikken door verlamming van de ademhalingsspieren. 50-90% van de paarden met tetanus komt te overlijden.
De preventie van tetanus ligt voornamelijk bij het vaccineren. Een veulen is de eerste maanden van zijn leven beschermd door antistoffen die het veulen mee krijgt van de moeder via de biestopname. Daarom is het belangrijk dat de vaccinatie van de drachtige merrie goed op orde is. Rond een leeftijd van 6 maanden kan het veulen voor het eerst gevaccineerd worden, er volgt dan een tweede vaccinatie na circa 4 weken. Dit is de basisvaccinatie. Een volgende vaccinatie moet binnen 17 maanden worden gegeven. Tetanus wordt correct gevaccineerd om dit vervolgens elke 2 jaar te doen.
Tegenwoordig komt tetanus weinig voor omdat de tetanus vaccinatie vaak een combinatie vaccinatie is met de influenza enting die jaarlijks gegeven wordt.
Vaccineren tegen tetanus biedt nooit 100% bescherming, daarom is het ook altijd van belang hygiëne in acht te nemen. Bijvoorbeeld door het naveltje van een veulen te ontsmetten of bij (diepe) wonden een dierenarts in te schakelen. Paarden die gevaccineerd zijn en toch tetanus oplopen hebben een betere overlevingskans.