Voor spoed zijn wij 24 uur per dag bereikbaar op 0162 - 748062 | Contact

Voor spoed zijn wij 24 uur
per dag bereikbaar op
0162 - 748062 | Contact

Kreupelheidsonderzoek - Diernartsen Diergeneeskunde

Artrose

Artrose ofwel slijtage is een aandoening die we vaak herkennen vanuit de humane geneeskunde. Met andere woorden, we denken bij het woord ‘artrose’ vaak aan de gewrichtsslijtage die we bij mensen soms zien en de pijn die mensen daarvan kunnen hebben. Toch is het belangrijk te realiseren dat artrose voorkomt in allerlei varianten met steeds een verschillende oorzaak en mate van pijnlijkheid. Daardoor wordt niet ieder paard met artrose op dezelfde manier behandeld, en is behandeling zelfs niet altijd nodig.

Artrose betekent dat de kwaliteit van een gewricht minderwaardig is, waarbij vooral het kraakbeen rondom een gewricht beschadigd raakt. Dit kraakbeen zorgt er normaal gesproken voor dat de botten in een gewricht soepel over elkaar kunnen glijden, daar waar verschillende banden en een stevig kapsel juist voorkomen dat de botten te ver uit elkaar gaan. In gewrichten zit ook vloeistof, synovia genoemd, wat zorgt voor extra smering en voedingsstoffen levert aan het kraakbeen.

Wanneer gewrichtskraakbeen beschadigd raakt zal de beschadiging meestal worden opgevuld met minderwaardig littekenweefsel. Tijdens dit proces zal er een tijdelijke ontstekingsreactie plaatsvinden. Het is normaal dat kraakbeen door de jaren heen beschadigt en slijt. Indien een gewricht echter overmatig belast wordt en er continu een ontstekingsreactie gaande is, kan deze ontstekingsreactie ervoor zorgen dat het kraakbeen verder beschadigt wordt en de gewrichtsvloeistof van slechte kwaliteit wordt. Hierdoor ontstaat een soort vicieuze cirkel waarbij het gewricht sneller slijt dan normaal en het kraakbeen niet voldoende snel kan herstellen om schade aan het onderliggende bot te voorkomen. Het bot reageert hierop door nieuw bot te vormen. Dit nieuwe bot zien we op röntgenfoto’s vaak duidelijk aan de hand van puntjes of randjes aan een gewricht. Aan de hand van deze bevindingen op röntgenfoto’s wordt vervolgens de diagnose ‘artrose’ gesteld, terwijl het eigenlijke proces dus al veel eerder gaande was in de andere delen van het gewricht. Het kraakbeen kan echter op een röntgenfoto niet duidelijk in beeld worden gebracht.

Het zien van nieuw bot op een röntgenfoto (vaak ‘nieuwbeenvorming’ genoemd), wil niet altijd zeggen dat het paard pijn heeft aan dat gewricht. Wanneer de bevinding gepaard gaat met een voelbaar voller gewricht, kan dit duiden op een slechte kwaliteit gewrichtsvocht en dus op een ontstoken gewricht. Soms is het paard ook wat stijver in de gangen of zelfs duidelijk kreupel. Dit laatste kan vooral het geval zijn wanneer het gewricht plots overbelast of beschadigd is geraakt. Een uitverdoving van het desbetreffende gewricht kan bevestigen of uitsluiten dat de gevonden artrose daadwerkelijk de verklaring is voor klachten bij het paard.

In veel gevallen wordt een bepaalde mate van artrose gevonden op röntgenfoto’s, zonder dat het paard hier last van heeft. In die gevallen is behandeling niet nodig. Met behulp van supplementen, regelmatige beweging, een geschikt beslag, et cetera kan het paard ondersteund worden en de kans op kreupelheid door de artrose worden verkleind.

Wanneer een paard wél last blijkt te hebben van de gevonden artrose, is het zaak de vicieuze cirkel van ontsteking in het gewricht te doorbreken. Dit wordt vaak gedaan met gewrichtsinjecties met corticosteroïden. Andere behandelingen die ook steeds vaker in gewrichten worden toegepast zijn onder andere hyaluronzuur en IRAP. De nieuwbeenvorming die te zien is bij artrose weghalen is helaas tot op heden niet mogelijk.

Doorzoek de website